Read more
Medische zorgverlening begint altijd met een consult: het contact tussen arts en patiënt, waarbij de patiënt de arts raadpleegt en de arts op basis van het ziektebeeld, het patiëntverhaal en vakkennis tot een diagnose probeert te komen. Het consult vergt meer van de arts dan het verzamelen van gegevens: de arts moet vooral een balans proberen te vinden tussen empathie en professionele distantie. Consultvoering wordt door studenten geneeskunde vaak als lastig ervaren. Tijdens het consult worden het patiëntverhaal en de resultaten van lichamelijk onderzoek in verband gebracht met de kennis van de theorie. Die kennis is echter niet altijd geordend of bruikbaar. Een deskundig en competent uitgevoerd consult verloopt volgens een bepaalde ordening van stappen. Medische consultvoering presenteert een model voor die ordening. Er wordt op gestructureerde wijze aandacht besteed aan het voeren van consulten. Aan de verschillende vormen van patiëntcontact, die soms zijn gericht op het komen tot een differentiële diagnose en soms op het vervolgen van beleid.
List of contents
Inleiding.- Inleiding.- Hoofdlijnen van de consultvoering.- De structuur van het consult.- Fase I Contact leggen, de hulpvraag.- Fase II Vraagverheldering en verkenning van de hoofdklacht.- Fase III Uitgebreide anamnese.- Fase IV Lichamelijk onderzoek.- Fase V Bevindingen en uitleg.- Fase VI Advies en behandeling.- Fase VII Afronding en verslaglegging.- Vervolgconsulten.- Bijzondere consultsituaties.- Perspectieven en ontwikkelingen.- Achtergronden van consultvoering.- Ziekte in context.- Klinisch redeneren.- Communicatietheorie voor de consultvoering.- Competentie in de consultvoering.
Summary
Goed beter worden Een arts is geen wonderdokter. Niemand in het medische domein is dat. Genezen is – hoe spijtig ook – lang niet altijd mogelijk, beter maken gelukkig dikwijls wel. Iedereen met ervaring in de gezondheidszorg en een kritische blik op zichzelf en de omgeving weet dat. Patiënten, en helaas ook nogal wat hulpverleners, - seffen dit echter vaak onvoldoende. Dat leidt tot verkeerde (te hoge, maar soms ook te lage) verwachtingen en dan komen patiënten bedrogen uit. Medische problemen verergeren dan eerder dan dat ze verbeteren. Mensen komen regelmatig bij de arts met een vooropgezet idee over hun p- bleem. Dat idee is gevormd door degenen uit hun omgeving of ingegeven door informatie uit de media. De arts doet er goed aan om hierin niet zonder meer mee te gaan. Maar anderzijds schept het ook geen vertrouwen wanneer zo’n idee direct terzijde wordt geschoven. Het gunstige effect van een interventie is lang niet altijd te garanderen. Dat vraagt om uitleg aan de patiënt. Van vele behandelingen – hoe lang ook al in gebruik of hoe veelbelovend ook – is het nut eigenlijk onvoldoende bewezen. En dan hebben vele therapieën – werkzaam of niet – vaak nog ongunstige bij- fecten ook. Wat voor de een acceptabel en/of werkzaam is, is dat niet altijd voor de ander.